Veiligheidsregels voor de Optimist

Dit zijn de minimum veiligheidsregels aan boord van jouw boot als je meedoet aan Combi Amsterdam.

Musketonhaken


Gebruik nooit (!) dit soort haken aan boord.  Deze zijn levensgevaarlijk!
Als je omslaat of overstag gaat, kunnen ze open gaan en zich aan je kleren vasthaken.

 

 

 

 

Ruimte tussen de giek en de Spruit

De ruimte tussen de giek en de spruit (de lijn die in de lengte van je giek loopt, waar je schoot aan vastzit) mag maximaal 10 cm hoog zijn.
Meer dan 100 mm is gevaarlijk omdat je anders met je hoofd klem kunt komen te zitten.

 

Sleeplijn

Je moet aan boord een sleeplijn hebben van minimaal 8 meter lengte en minstens 5 mm dik, die gemaakt is van drijvende kunststof lijn. De sleeplijn moet stevig aan de mastvoet of aan het mastbankje zijn bevestigd.

Peddel

Aan boord moet je een peddel hebben met een oppervlak van minimaal 0.025m2, die veilig aan de boot is bevestigd met een lijn van voldoende lengte of shockkoord.

Hoosvat

Aan boord moet je een of meerdere hoosvaten hebben met een minimale inhoud van 1 liter. Hoosvaten zitten stevig aan je boot bevestigd met een lijn van voldoende lengte of shockkoord.

Zwemvest

Natuurlijk ga je nooit het water op zonder zwemvest. Dat zwemvest moet minimaal voldoen aan de ISO 12402-5 (Level 50) standaard of gelijkwaardig. Alle door de fabrikant bij het zwemvest geleverde hulpmiddelen moeten gebruikt en bevestigd worden op de voorgeschreven manier. Een fluitje moet met een stevig lijntje aan het zwemvest bevestigd zijn.

Als je vader een reddingsvest met een kraag voor je heeft gekocht, moet je die laten omruilen voor een zwemvest.
Een kraag kan vast komen te zitten in de lijnen van de boot of tussen de spruit.

Opblazen

Natuurlijk ga je niet het water op zonder dat je alles gecontroleerd hebt aan je boot. Je luchtzakken zitten vast en zijn natuurlijk opgeblazen.